‘Zullen wij laten ho-o-ren: S.P.-A.R.-T.A.’. De oudste profclub van Nederland werd opgericht in 1888. Sinds 1916 speelt de club ‘op’ Het Kasteel in Spangen. En naar eigen zeggen is de club ook dé club van Rotterdam. In zekere zin hebben de mensen die dat zeggen een punt. Want in alles ademt de traditieclub het familiegevoel uit. De tribunes zitten altijd vol, er is zelden gedoe en het clubgevoel gaat mee van moeder op zoon en van vader op dochter. Het clublied in de huidige vorm bestaat sinds 1930 en is onmiskenbaar het bekendste clublied van Nederland.
Een korte samenvatting van de roemruchte historie van Sparta Rotterdam is lastig op te tekenen, zonder bijzondere gebeurtenissen weg te laten. Zo is de oprichting van de club op 1 april 1988 alleen al een hoofdstuk waard. Acht leerlingen van een HBS en gymnasium van tussen de 13 en 16 jaar richtten de Rotterdamsche Cricket & Football Club Sparta op. Het was Eerste Paasdag. In die tijd was de Coolsingel nog niet gedempt en heette nog Coolvest. Overigens werd voetbal nog niet meteen beoefend, maar was cricket de ‘eerste sport’.
De nationale voetbalbond bestond ook nog niet, dus werd er louter ‘geoefend’. In 1893 was Sparta voor het eerst actief op het hoogste nationale voetbalniveau. De rood-witte shirts heeft Sparta te danken aan de tenues van het Engelse Sunderland. Na een lange tijd vooral als tweede te eindigen, volgden in 1909, 1911, 1912, 1913 en 1915 landskampioenschappen in een destijds vooral door westerse clubs bevolkte Eerste Klasse. De hoogtijdagen leverden de noodzaak op van het betrekken van een nieuw onderkomen dat geheel naar Engels voorbeeld centraal kwam te liggen in de wijk Spangen. De twee kenmerkende torens aan de kopse kant leverden het stadion de naam ‘Het Kasteel’ op.
Een nieuwe glorietijd brak aan voor Sparta in de jaren ’50 van de vorige eeuw. De bekerwinst van 1958 was de opmaat naar het kampioenschap van 1959. In 1962 werd opnieuw tweemaal de KNVB-beker in de wacht gesleept. Europese avonturen waren er in de navolgende seizoenen en later ook nog in 1970/1971, 1971/1972, 1983/1984 en 1985/1986. Waar Sparta betrokken was bij het oprichten van de nationale bond en de Rotterdamse bond, leverde Sparta handenvol internationals af. Bok de Korver is met 31 interlands tijdens zijn Sparta-loopbaan de man met de meeste ‘caps’ voor Oranje.
Pim Doesburg, Tonny van Ede, Gerrie ter Horst. Ook namen die onlosmakelijk met de club verbonden zijn. Hun namen en die van dertig anderen zijn op de 120ste verjaardag van Sparta in 2008 vastgelegd in een Wall of Legends&Fans. De zestiende plek in de Eerste Divisie van 2013/2014 was een historisch dieptepunt voor de club die tot 2002 nooit degradeerde. Sindsdien herpakte de club zich met een groot aandeel voor spelers uit de succesvolle eigen opleiding. Het Kasteel staat door het een kwartslag draaien van het hoofdveld inmiddels aan de lange zijde van het veld en vormt het kenmerkende decor van de club die nog altijd om de week tienduizend Spartanen een fijne zondagmiddag bezorgt. In 2030 zal er na één eeuw nog altijd klinken: ‘S.P.-A.R.-T.A.’.